Mijn zoektocht naar werkgeluk: van uitgeblust naar energiek

Vele jaren geleden zat ik op een maandagochtend naar mijn scherm te staren. Koud glas water (drink helaas geen koffie), mailbox vol, en het enige wat ik voelde was… leegte.
Niet omdat ik niks te doen had – integendeel – maar omdat ik me steeds vaker afvroeg: Is dit het nou?

Ik had een prima baan. Fijne collega’s, prima werktijden, en een stabiel inkomen. Maar diep vanbinnen wist ik: er ontbreekt iets. En alsof het zo moest zijn, kwam ik steeds vaker de term werkgeluk tegen.

Wat is werkgeluk nou echt?

Volgens Google (mijn coach en de opleidingen die ik heb gevolgd ;-)) is werkgeluk meer dan tevreden zijn. Het is dat gevoel dat je werk je energie gééft, voldoening. Dat je opgaat in wat je doet, betekenis ervaart en jezelf kunt zijn. En ik besefte: daar schortte het bij mij aan. Vroeger was ik altijd met veel plezier naar mijn werk gegaan. Werken is voor mij heel belangrijk. Voor mijn gevoel van voldoening. Voor mijn gevoel van eigenwaarde. Werken was voor mij altijd lekker bezig zijn. En die gevoelens waren er niet meer.

Mijn eerste stap: Waar krijg ik eigenlijk energie van?

Ik ben begonnen met iets simpels: een leeg vel papier met twee kolommen. Links: Wat geeft mij energie? Rechts: Wat zuigt het uit me?

Na een week invullen zag ik het patroon. Ik bloei op van mensen helpen, interacties met anderen, van creatieve brainstorms, 1-op-1 gesprekken, zelf dingen mogen uitdenken, events organiseren. Maar vergaderingen zonder duidelijk doel? Administratieve rompslomp? Daar loop ik echt op leeg. Toen ik die inzichten kreeg, ging ik bedenken wat ik kon veranderen in mijn werk. Ik moet zeggen dat ik wel veel vrijheid had om mijn baan vorm te geven. Maar toch, ik vond het spannend. Dus ik begon met kleine aanpassingen. Ik begon m’n week met een creatief blok. En als ik werd uitgenodigd voor een meeting vroeg ik of het echt noodzakelijk was dat ik erbij aanwezig was. En als het zo was, vroeg ik om een duidelijke agenda en zei ik er wat van als het enkel oeverloos gepraat werd. En ik voelde het verschil.

TIP 1!

Probeer het ook: houd een week lang bij wat je energie geeft of kost. Je zult verbaasd zijn wat je ontdekt.

Mijn talenten inzetten – in plaats van verstoppen

Tijdens een wandeling met een vriendin vroeg ze plots: “Waar ben jij nou echt goed in? Waar krijg jij lol van op je werk?” Ik had geen idee. Dus ik maakte een lijstje. En ik vroeg verschillende collega’s waarvan zei dachten dat ik iets goed kon. Het was best verrassend! Ze noemden stuk voor stuk dingen die ik als vanzelfsprekend beschouwde. Zoals “je kan heel goed luisteren”, “iedereen kan bij jou met allerlei vragen terecht. Ook al heb je het antwoord niet paraat, je zoekt het uit en komt erop terug” en “hoe je daar zo enthousiast staat te zijn als je ons toespreekt op één van de events, dat is echt leuk om te zien en gaat je goed af”. Vanaf toen ben ik daar bewust meer mee gaan doen. Presentaties geven, vinger in de lucht als er iets moest georganiseerd worden, collega’s helpen. En ja, mijn werk werd leuker.

TIP 2!

Vraag drie mensen wat ze jouw grootste talent vinden. Wedden dat je iets hoort wat je zelf over het hoofd ziet? Echt contact op werk – meer dan alleen ‘hoe gaat het?’ In diezelfde periode besloot ik wat vaker ‘echte’ gesprekken aan te knopen. Niet alleen “druk hè?” bij het koffiezetapparaat, maar: “Waar krijg jij energie van de laatste tijd?” of “Wat vind jij leuk aan je baan?” De reacties waren zó anders. Open. Menselijk. Verbonden. Alsof we allemaal even ademhaalden en ons masker afzetten.

TIP 3!

Plan deze week één koffiemoment met een collega – en stel een oprechte vraag. Je zult versteld staan van het gesprek. 🔍

En toen... de vraag die alles veranderde Tijdens een coachgesprek vroeg mijn coach me: “Waarom doe jij dit werk eigenlijk?” En ik bleef stil. Ik ben doorgaans een flinke prater maar nu zat ik met mijn mond vol tanden… Niet omdat ik geen antwoord had, maar omdat ik het antwoord kwijt was geraakt. Ik schreef thuis in drie zinnen op waarom mijn werk belangrijk is – voor mezelf én voor anderen. En die zinnen plakken nog steeds op mijn prikbord. Ze helpen me herinneren aan het ‘waarom’ als het even tegenzit.

TIP 4!

Schrijf in 3 zinnen op waarom jouw werk ertoe doet. Hang het op. Lees het terug. Herinner jezelf eraan.

Werkgeluk is geen toeval. Ik dacht altijd dat werkgeluk iets was dat je had of niet had. Maar het is iets wat je kunt bouwen. Stap voor stap. Met reflectie, moed en kleine veranderingen. En weet je wat? Mijn mailbox is nog steeds vol. Maar ik zit zelden leeg naar m’n scherm te staren. Ik voel weer waarom ik dit werk doe. Het bruist binnen in me. En dat – dat voelt als geluk.